38. Zuid-Holland, Scheveningen Den Haag, 11 mei 1945
Zeven gearresteerde, vooraanstaande NSB’ers in de strafgevangenis in Scheveningen: van links naar rechts naast de marechaussee: Karel Enklaar (Heerbanleider van de Weermachtafdeling (WA) van de NSB en adjudant van NSB leider Mussert), Max Blokzijl (NSB-propagandist), Robert van Genechten (procureur-generaal bij het gerechtshof in Den Haag), Anton Mussert (NSB-leider), Carel Huygen (Secretaris-Generaal van de NSB), Harmen Westra (hoogleraar en NSB-burgemeester van Den Haag) en Henri van Maasdijk (NSB-burgemeester van Den Haag vanaf maart 1945). Blokzijl was de eerste ‘landverrader’ die ter dood werd veroordeeld. Het doodvonnis van Mussert werd op 7 mei 1946 voltrokken. Tegen Van Genechten werd ook de doodstraf geëist. Tot uitvoering daarvan is het nooit gekomen. Hij pleegde op 17 oktober 1945 zelfmoord in de gevangenis. De rechtbank veroordeelde Huygen tot 18 jaar gevangenisstraf. Hij ontving in 1955 gratie. Tegen NSB-burgemeester Westra was in eerste instantie de doodstraf geëist. Hij zat uiteindelijk slechts zes jaar vast. Henri van Maasdijk die aan het einde van de oorlog twee maanden burgemeester van de hofstad was, kreeg een veroordeling van 20 jaar. Na gratieverzoeken is hij na enkele jaren vrijgelaten. De uitspraak tegen Adjudant Enklaar luidde in 1950: tien jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest.