Australië, kamp Casino, New South Wales, 1944
Na de Japanse verovering van Nederlands-Indië in maart 1942 lukte het twee compagnieën van het KNIL aan krijgsgevangenschap te ontkomen door naar Australië uit te wijken. De kleine Nederlandse krijgsmacht aldaar werd aangevuld met in de Verenigde Staten gemobiliseerde Nederlands mannen, Engelandvaarders ontkomen uit bezet Nederland, uit de scheepvaart aangetrokken Indonesiërs, en ruim tweehonderd met veel moeite aangetrokken vrijwilligers uit Suriname. In Australië werden ze met oog op hun naderende inzet bij de bevrijding van Nederlands-Indië door een onderofficier van het Koninklijk Nederlands-Indisch leger (KNIL) getraind in guerrilla-technieken en man-tegen-man-gevechten. Na de pittige opleiding werd een Eerste en een Tweede West-Indische Compagnie samengesteld. De Surinaamse soldaten werden ingezet bij de strijd tegen het Japanse leger op het eiland Biak op Nieuw-Guinea en op Borneo. Onder de Surinaamse vrijwilligers in Australië was ontevredenheid ontstaan omdat ze veel minder soldij ontvingen dan hun in het vooruitzicht was gesteld.